maandag 20 april 2009

39

Op de dag dat het Nederlandse voetbalelftal in 1974 de wereldbekerfinale van Duitsland verloor, arriveerde ik in St.-Petersburg, de stad die toen nog onverschrokken Leningrad heette. Ik had zwaarcommunistische sympathieën en vond het dus nodig om met een aantal gelijkgezinden op bedevaart te gaan naar het land van beloften. Vier jaar eerder had ik al, na een hongerstaking van tien dagen, met S5 de militaire dienst verlaten.
Na Leningrad bezochten we Kiev, Jalta en Moskou. Bjorst en kwas waren het enige wat in overvloed aanwezig was, samen met achterdocht en angst. Gelijkheid in armoede en gelijkheid in onrecht.
De fantastische metrostations in de hoofdstad werden symbool van theatrale gevangenisdecors. Opeens leken de bordjes "uitgang" (vuchod) alleen voor ons bedoeld, niet voor de Russen zelf .